Wat is het verschil tussen verleiden en verleidt?
Veel mensen twijfelen over de juiste schrijfwijze van werkwoorden in het Nederlands. Een veelgestelde vraag is bijvoorbeeld: is het verleiden of verleidt? Beide woorden bestaan, maar ze worden in verschillende contexten gebruikt. In dit artikel leggen we op eenvoudige wijze uit wanneer je welke vorm gebruikt, zodat je nooit meer hoeft te twijfelen.
Wanneer gebruik je 'verleiden'?
De hele werkwoordsvorm
'Verleiden' is de infinitief (de stamvorm) van het werkwoord. Deze vorm gebruik je bijvoorbeeld na hulpwerkwoorden zoals 'willen', 'kunnen', 'zullen' en 'moeten'. Een voorbeeldzin is: "Ik wil hem verleiden om mee te gaan." Hier is 'verleiden' het hele werkwoord.
Andere voorbeelden met 'verleiden'
Je gebruikt deze vorm ook wanneer je het werkwoord op zichzelf noemt, zoals in: "Verleiden is een kunst." Of in instructies: "Leer hoe je iemand kunt verleiden." In alle gevallen herken je deze vorm eenvoudig doordat hij eindigt op -en, wat typisch is voor de infinitief.
Wanneer gebruik je 'verleidt'?
Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd
'Verleidt' is de vervoegde vorm van 'verleiden' in de tegenwoordige tijd, derde persoon enkelvoud. Bijvoorbeeld: "Hij verleidt haar met mooie woorden." Hier zie je dat het onderwerp 'hij' is, en dat het werkwoord 'verleiden' wordt vervoegd naar 'verleidt' door toevoeging van een -t. Deze vorm gebruik je alleen bij hij, zij of het in de tegenwoordige tijd.
Verwarring met verleden tijd en voltooid deelwoord
De vorm 'verleidt' is soms verwarrend, omdat 'verleid' (zonder t) ook bestaat. Dat is namelijk het voltooid deelwoord, zoals in: "Hij heeft haar verleid." Het is belangrijk om op te letten op de tijdsvorm van de zin en het onderwerp, zodat je weet of er een -t bij moet.
Zo onthoud je het eenvoudig
De regel is simpel: gebruik 'verleiden' als je het over het hele werkwoord hebt en 'verleidt' alleen bij hij/zij/het in de tegenwoordige tijd. Twijfel je? Zet de zin dan in een andere tijd of met een ander onderwerp. Als je zegt "ik verleid" zonder -t, dan weet je dat het bij 'hij' een -t krijgt: "hij verleidt."
Veelgemaakte fout en hoe je die voorkomt
Verbeter je taalgevoel
De fout zit hem vaak in het verwarren van de tegenwoordige tijd en het voltooid deelwoord. Als je het werkwoord in een zin zonder hulpwerkwoord gebruikt en het onderwerp is hij, zij of het, voeg dan altijd een -t toe. Lees de zin hardop en controleer of de werkwoordvervoeging logisch klinkt. Dat helpt om je taalgevoel te versterken.
Samenvattend
'Verleiden' is het hele werkwoord en 'verleidt' is de vervoegde vorm bij hij/zij/het in de tegenwoordige tijd. Twijfel je nog steeds? Oefen met korte voorbeeldzinnen en controleer de zinsbouw. Naarmate je meer leest en schrijft, wordt het vanzelf duidelijk wat de juiste vorm is. Zo voorkom je spellingsfouten en vergroot je jouw vertrouwen in de Nederlandse taal.